VPB: Geen vennootschapsbelasting verschuldigd terzake van reclameactiviteiten en het beheer van een gemeentelijke hypotheekportefeuille

In dit nieuwsbericht informeren wij u over de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 26 november 2024, nr. 22/1959, inzake reclameactiviteiten en het beheer van een gemeentelijke hypotheekportefeuille.

1. Feiten en omstandigheden

De gemeente X heeft verboden om zonder vergunning van het college van B&W om op of langs de openbare weg reclameborden te plaatsen. Een ondernemer kan wel een privaatrechtelijke overeenkomst met de gemeente sluiten waarin wordt overeengekomen dat tegen betaling van een vaste jaarlijkse vergoeding het exclusieve recht wordt verstrekt om in de openbare ruimte op de grond of een lichtmast van de gemeente reclame wordt geplaatst en geëxploiteerd. Verschillende gemeenteambtenaren voeren werkzaamheden uit met betrekking tot de reclameactiviteiten. Het gaat dan om werkzaamheden op het gebied van beleid, de aanbestedingsprocedure, overleg, voor zover nodig het verlenen van ontheffingen en vergunningen en het administreren en factureren van de overeenkomsten en de jaarlijkse vergoedingen. Het totale tijdsbeslag van de verschillende gemeenteambtenaren dat hiermee is gemoeid, bedroeg in 2016 naar schatting 0,5 tot 1,0 fte. In 2016 heeft belanghebbende in totaal een bedrag van € 293.603 exclusief btw ontvangen uit de reclameovereenkomsten.

2. Oordeel gerechtshof

Bij de beantwoording van de vraag of sprake is van een onderneming moeten de reclameactiviteiten als afzonderlijk te beoordelen activiteit in aanmerking worden genomen. De reclameactiviteiten kunnen niet worden geclusterd met activiteiten die vallen onder het ‘beheer van de openbare ruimte’. Aan de reclameactiviteiten kan namelijk voldoende zelfstandigheid worden toegekend. De activiteit is naar zijn aard eenvoudig organisatorisch en financieel af te bakenen. De gemeente handelt ook niet als één organisatorische eenheid. Met betrekking tot de reclameactiviteiten heeft de gemeente contact met de exploitanten en ter zake van het beheer van de openbare ruimte heeft de gemeente contact met de burgers.

Door het verbod om reclame te maken als niet over een ontheffing of vergunning wordt beschikt ontstaat de mogelijkheid om exclusieve rechten te verstrekken inzake het maken van reclame. De verleende exclusieve rechten kunnen worden aangemerkt als rechten in de zin van artikel 3:6 van het Burgerlijk Wetboek. Door het tegen vergoeding verlenen van concessies maakt de gemeente vermogensrechten rendabel. De meerwaarde ontstaat niet door de verrichte arbeid maar door de publiekrechtelijke regulering ontstane exclusiviteit. Door middel van de arbeid is slechts de opbrengstmogelijkheid gerealiseerd die de openbare ruimte in zichzelf al bezit. Naar het oordeel van het Hof is hier sprake van bij normaal vermogensbeheer passende arbeid. Omdat sprake is van normaal vermogensbeheer wordt niet toegekomen aan de vraag of op grond van artikel 4, onderdeel a, van de Wet Vpb sprake is van een met een onderneming gelijk te stellen werkzaamheid.

Naar het oordeel van het Hof moeten de activiteiten die de gemeente op 1 januari 2016 verricht met betrekking tot het beheer van de hypotheekportefeuille worden aangemerkt als normaal vermogensbeheer. Het Gerechtshof overweegt dat de werkzaamheden die aan deze activiteit wordt besteed relatief weinig tijd in beslag neemt (minder dan 1 fte) en bestaat uit het beheer en de administratie van de vóór 2007 afgesloten leningen.

Documenten en publicaties

• Uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 26 november 2024, nr. 22/1959. Klik hier
  

Dit bericht is opgesteld door de redactie van Taxnavigator/eindredactie mr. dr. J.J.P. (Joep) Swinkels. Voor meer informatie: info@taxnavigator.nl. © Copyright Taxnavigator/Nestor Business Media BV/Nestor Media Groep. Ter zake van onze fiscale dienstverlening en berichtgeving gelden algemene voorwaarden en hetgeen wordt vermeld in de colofon.

---

Deel dit bericht: