Nieuws
Sloop en levering restproducten
Op 10 januari 2019 heeft het Hof van Justitie arrest gewezen in de zaak C-410/17 (A Oy) inzake sloopwerkzaamheden en de levering van restproducten. Een uitspraak die ook van belang is voor de gemeentelijke praktijk. Bijgaand een update.
1. Casus
Het Finse bedrijf A Oy (hierna ook: A) verzorgt onder andere sloopwerkzaamheden. Bij een sloop verwijdert A het gebouw met inhoud voor zover die aanwezig is. Het bedrijf verwijdert het materiaal en voert het afval verantwoord af. Bij aanbesteding calculeert A de omvang van te verkopen restmateriaal zorgvuldig in en vermindert de vergoeding voor de sloopwerkzaamheden met de inkomsten die kunnen worden verkregen met de verkoop en levering van vrijgekomen materialen. Voor de sloopwerkzaamheden wordt door A een totaalprijs gerekend. Omtrent de opbrengst van de verkoop en levering van de vrijkomende materialen wordt niets gecommuniceerd met de opdrachtgever. De financiële opbrengst van de verkoop van vrijkomende materialen wordt geschat en in mindering gebracht op de aanneemsom voor de sloop.
2. Oordeel Hof van Justitie
De sloper verricht een met btw belaste sloopdienst aan de opdrachtgever. De opdrachtgever betaalt de sloper een vergoeding in geld en betaalt de vergoeding voor een deel in natura. De betaling in natura betreft de levering van gebruikt materiaal dat in casu bestaat uit terugwinbare metaalschroot. De vergoeding voor het gebruikt materiaal c.q. de terugwinbare materiaalschroot betreft het bedrag waarmee de sloper de prijs voor zijn sloopwerkzaamheden verlaagt.
Het Hof van Justitie erkent dat het arrest tot ingewikkelde situaties kan leiden in de praktijk omdat de waarde mogelijk moeilijk is vast te stellen. De opdrachtgever moet een factuur uitreiken met btw ter zake van de levering van restmateriaal waarvan de opdrachtgever de waarde c.q. de korting op de sloopkosten niet kent.
3. Praktijk
Het arrest heeft ook betekenis voor de gemeentelijke praktijk. Gemeenten laten regelmatig gebouwen, bruggen, bunkers, parkeergarages en wegen slopen waarbij ijzer wordt gerecycled. Het arrest heeft ook betekenis het bij het kappen van bomen/houtopstanden of uitvoeren van werkzaamheden waarbij de opdrachtnemer het overtollige zand mag behouden. Natuurorganisaties en waterschappen kunnen geen btw op de kosten compenseren bij het BTW-compensatiefonds en met het arrest een (omvangrijk) btw-voordeel realiseren.
Taxnavigator adviseert gemeenten om bij aanbesteding op te nemen dat de sloper een overzicht geeft van de geschatte opbrengst van de verkoop van restmaterialen zoals oud-ijzer. Gelet op de wisselingen van de prijs van oud ijzer kan een opbrengst alleen worden geschat.
Voor uitwerking van het model btw-besparing natuur: klik hier
Dit bericht is opgesteld door de redactie van Taxnavigator/eindredactie mr. dr. J.J.P.(Joep) Swinkels. Voor meer informatie: info@taxnavigator.nl © Copyright Taxnavigator/Nestor Business Media BV/Nestor Media Groep. Ter zake van onze fiscale dienstverlening en berichtgeving gelden algemene voorwaarden en hetgeen wordt vermeld in de colofon
Deel dit bericht:
Inloggen
Wilt u meer informatie over de kennisbank? Mail dan naar: info@taxnavigator.nl.
Inschrijven nieuwsbrief
Schrijf u in voor de nieuwsbrief