Nieuws
Belangrijke btw-ontwikkeling inzake ambtelijke fusie
In Nederland ontstaan steeds meer ambtelijke fusies. De Staatssecretaris van Financiën heeft met betrekking tot de ambtelijke fusie goedgekeurd dat onder voorwaarden de btw-koepelvrijstelling kan worden toegepast. Het beleid van de Staatssecretaris van Financiën komt in gevaar door een uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna ook: HvJ EU). Op 4 mei 2017 heeft het HvJ EU namelijk een belangrijk arrest gewezen inzake de toepassing van de btw-koepelvrijstelling. De uitspraak kan grote gevolgen hebben voor de toepassing van de btw-koepelvrijstelling bij ambtelijke fusies. Mogelijk moet het beleid van de Staatssecretaris van Financiën worden bijgesteld. Taxnavigator heeft voor u een overzicht van de ontwikkelingen gemaakt.
Beleid Staatssecretaris van Financiën
Ten aanzien van de fiscale aspecten van een ambtelijke fusie bestond veel onduidelijkheid. In zijn brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer van 15 februari 2016, nr. DGB/2015-5904, geeft de Staatssecretaris van Financiën antwoord op Kamervragen over de btw-plicht van gemeenten en btw-vraagstukken bij ambtelijke fusies. In de brief verstrekt de Staatssecretaris van Financiën ook een instructie aan de Belastingdienst hoe moet worden omgegaan met de toepassing van de btw-koepelvrijstelling bij ambtelijke fusies.
BTW-koepelvrijstelling/GR
De samenwerkende gemeenten richten een gemeenschappelijke regeling (hierna ook: GR) op die de bedrijfsvoering voor de gemeenten gaat verzorgen. De dienstverlening van de GR bestaat uit het verzorgen van de bedrijfsvoering van de bij de GR aangesloten gemeenten. De Staatssecretaris van Financiën geeft in zijn brief van 15 februari 2016 aan dat de dienstverlening van de GR aan de (bij de GR) aangesloten gemeenten op grond van de btw-koepelvrijstelling in zijn geheel is vrijgesteld van btw als de dienst van de GR hoofdzakelijk (voor 70% of meer) wordt gebruikt door de deelnemende gemeenten voor onbelaste overheidsactiviteiten of van btw-heffing vrijgestelde activiteiten. De GR berekent geen btw op haar dienstverlening aan de aangesloten gemeenten. De GR kan vanwege de btw-koepelvrijstelling geen btw verrekenen c.q. terugvragen op de btw-aangifte. De GR kan ook geen btw compenseren bij het BTW-compensatiefonds. De btw op de kosten vormt een kostenpost bij de GR.
Kostenpost btw
Als de bij de GR aangesloten gemeenten de bedrijfsvoering zelf hadden verzorgd dan hadden de gemeenten de btw op de kosten kunnen compenseren bij het BTW-compensatiefonds voor zover zij aan de voorwaarden voor het recht op compensatie van btw voldoen en niet als btw-ondernemer handelen. Voor zover de gemeenten als btw-ondernemer handelen en met btw belaste prestaties verrichten, kunnen de gemeenten de btw op de kosten terugvragen c.q. verrekenen op de btw-aangifte.
Transparantiemethode GR
De Staatssecretaris van Financiën heeft in onderdeel 3.2 ‘Transparantiemethode’ van zijn Besluit 'Omzetbelasting en compensatie van omzetbelasting bij publiekrechtelijke lichamen' van 25 januari 2012, nr. BLKB 2012/175M, de btw-transparantiemethode geïntroduceerd. Op basis van de btw-transparantiemethode kan de GR de btw op de kosten doorschuiven naar de deelnemende gemeenten. De deelnemende gemeenten kunnen de doorgeschoven btw vervolgens compenseren bij het BTW-compensatiefonds. De btw-transparantiemethode geldt alleen voor zover gemeenten dienstverlening van de GR afnemen die niet voor btw-ondernemersactiviteiten wordt gebruikt. Per saldo ontstaat vanuit btw-perspectief geen verschil of gemeenten de bedrijfsvoering voor overheidsactiviteiten van de gemeente zelf verzorgen of onderbrengen in een gemeenschappelijke regeling.
Vraagstuk ondernemers-btw GR
De btw op kosten kan echter niet worden doorgeschoven door de GR ter zake van de activiteiten van de GR die zijn bestemd voor met btw belaste btw-ondernemersactiviteiten van de aangesloten gemeenten. Hierin schuilt op dit moment nog een extra kostenpost. De gemeenten hadden namelijk wel btw op de btw-aangifte kunnen verrekenen c.q. terugvragen voor zover de kosten betrekking hebben op met btw-belaste btw-ondernemerswerkzaamheden als zij de bedrijfsvoering zelf hadden verzorgd. Vanuit btw-perspectief ontstaat op dit moment nog een verschil of gemeenten de bedrijfsvoering voor met btw belaste btw-ondernemersactiviteit van de gemeente zelf verzorgen of onderbrengen in een gemeenschappelijke regeling.
Oplossing ondernemers-btw GR
De Staatssecretaris van Financiën bericht in zijn brief van februari 2016 aan de VNG dat de btw-problematiek van de gemeentelijke samenwerking in de vorm van een fusieorganisatie vrijwel geheel is opgelost. De teruggaaf van btw op btw-ondernemersactiviteiten bij de GR is echter nog niet geregeld. De GR kan vanwege de btw-koepelvrijstelling geen btw in aftrek nemen. De gemeenten kunnen de btw voor met btw-belaste btw-ondernemerstaken wel verrekenen c.q. terugvragen op de btw-aangifte als de gemeenten de kosten zelf hadden gemaakt. Samenwerken leidt tot een financieel nadeel.
Volgens Taxnavigator kan de Staatssecretaris van Financiën het fiscale vraagstuk eenvoudig en snel oplossen. In zijn Besluit ‘Omzetbelasting. Aftrek van omzetbelasting’ van 25 november 2011, nr. BLKB 2011/641M, kan de Staatssecretaris akkoord gaan met aftrek van btw c.q. teruggaaf van btw bij de GR voorzover recht op aftrek c.q. teruggaaf van btw zou bestaan bij de individuele gemeenten. De Staatssecretaris gaat in zijn Besluit Aftrek van omzetbelasting ook akkoord met een dergelijke handelwijze bij samenwerkingsverbanden zonder rechtspersoonlijkheid, bij ondernemersorganisaties en bij bedrijf- en productschappen.
Commissie/Luxemburg
Luxemburg heeft de btw-koepelvrijstelling in zijn nationale regelgeving opgenomen. Daarbij is bepaald dat afnemers van de koepelinstelling de diensten voor 30% en in sommige gevallen zelfs voor 45% mogen gebruiken voor met btw belaste prestaties. Daarnaast is bepaald dat de koepelinstelling een gedeelte van btw op de kosten kan doorschuiven naar de deelnemers die de doorgeschoven btw kunnen verrekenen c.q. terugvragen op de btw-aangifte. Dit voor zover de deelnemers de dienstverlening van de koepelinstelling gebruiken voor met btw belaste prestaties. Volgens de Europese Commissie is de Luxemburgse regeling in strijd met Europese btw-richtlijnen. In zijn arrest van 4 mei 2017 in zaak C‑274/15 (Commissie/Luxemburg) oordeelt het HvJ EU dat de hierboven beschreven Luxemburgse regeling in strijd is met Europese btw-regelgeving. Belangrijk is wel te vermelden dat het Groothertogdom Luxemburg er niet in geslaagd is te bewijzen dat de regeling uit praktisch oogpunt is gewenst.
Praktijk
Toepassing van de btw-koepelvrijstelling bij ambtelijke fusies leidt tot complexe fiscale vraagstukken. Welke btw op de kosten kan de GR doorschuiven en welke btw niet? Hoe wordt de omvang van de doorschuif-btw bepaald? De administratieve verwerking blijkt de nodige FTE te kosten. Gemeenten kozen ervoor de dienstverlening in de heffing van btw te betrekken. Per saldo worden de arbeidskosten met btw belast. Hierdoor komt meer btw ten laste van het BTW-compensatiefonds. De Staatssecretaris van Financiën trof een praktische regeling. De keerzijde is dat btw op kosten voor met btw belaste ondernemersactiviteiten een kostenpost vormt voor de leden van de GR. Taxnavigator stelde ter zake een praktische oplossing voor. Door het recente arrest van het HvJ EU in de zaak Commissie/Luxemburg lijkt de praktische regeling van de Staatssecretaris van Financiën en het voorstel van Taxnavigator niet meer houdbaar. Helaas is het punt van de Luxemburgse regering inzake de praktische uitvoerbaarheid van de btw-koepelvrijstelling onvoldoende uit de verf gekomen. Volgens Taxnavigator is een praktische oplossing gewenst.
Dit artikel is opgesteld door de redactie van Taxnavigator.
Deel dit bericht:
Inloggen
Wilt u meer informatie over de kennisbank? Mail dan naar: info@taxnavigator.nl.
Inschrijven nieuwsbrief
Schrijf u in voor de nieuwsbrief